Vragen inzake Bavelse Berg
Uit een artikel in BN/DeStem van 23 mei maken wij op dat er problemen zijn ontstaan bij de bouw van project De Bavelse Berg. Er is verzuimd een melding te doen over ontgronding, waarmee een noodzakelijke vergunning van de provincie ontbrak. We hebben inmiddels begrepen dat het werk hierdoor tien weken heeft stil gelegen. De fracties D66 en BOB hebben hier de volgende vragen over:
- Hebben we goed begrepen dat de vergunning van de provincie noodzakelijk is vanwege het verleggen van de Molenley?
Antwoord van het college;
Neen, conform de Verordening Ontgrondingen is voor grootschalige ontgrondingswerkzaamheden een ontgrondingsvergunning nodig. Maar deze verordening biedt ook de mogelijkheid om op basis van slechts een geaccordeerde melding van de werkzaamheden deze werkzaamheden te mogen starten. Dat geldt voor werkzaamheden in het kader van natuurherstel, in Iijn met het Provinciale natuurbeleid, zoais de aanleg van ecologische verbindingszones en beek— en kreekherstel. Van beide is hier sprake. Op basis van het externe advies dat de ontwikkelaar hierover heeft ingewonnen, is besloten, conform deze uitzonderingsmogelijkheid, te volstaan met slechts een door GS (gemandateerd aan de Omgevingsdienst Zuid—Oost Brabant (ODZOB)) geaccordeerde melding. Echter, heeft de ontwikkelaar verzuimd om deze melding ook daadwerkelijk te doen. In de plannen van de ontwikkelaar wordt een natuurzone van 7 hectare aangelegdz deels als buffer, deels voor een recreatieve functie. In deze natuurzone wordt onder meer een nieuwe loop van de Molenley gecreéerd in een nieuw beekdal. De natuurzone vormt ook een belangrijke stapsteen in de aanleg van de ecologische verbindingszone voor de boomkikker. De aanleg van deze natuurzone is tijdelijk stilgelegd door de ODZOB vanwege het ontbreken van bovenvernoemde melding.
- Klopt het dat het Waterschap in februari van dit jaar een zienswijze heeft ingediend op het bestemmingsplan over het verleggen van de Molenley? Hoe is dit afgelopen?
Antwoord van het college;
Het ontwerp van het plan ‘Park de Bavelse Berg, wijzigingsplan Molenley en Willekensloop’ heeft van 20 november 2014 tot en met 31 december 2014 ter inzage gelegen. Tijdens deze termijn is een zienswijze naar voren gebracht door Waterschap Brabantse Delta. Deze zienswijze is later ingetrokken door het Waterschap. Hierop is het wijzigingsplan vastgesteld (besluit van 7 april 2015) dat ter kennisname aan de Commissie Ruimte is gestuurd. In het commissiestuk is ook melding gemaakt van de ontvangen en vervolgens ingetrokken zienswijze van het Waterschap.
Op 22 december 2014 is door het Waterschap een vergunning afgegeven voor het verleggen van de Molenley. Haar zienswijze had daarom niet zozeer betrekking op deze verlegging — daar was het Waterschap mee akkoord — maar op formulering van de planregels en de wijze van vertaling ervan op de bestemmingsplan kaart. Na ambtelijke uitleg aan tafel van het Waterschap heeft deze zijn zienswijze ingetrokken.
- 3. Hoe kan de aanvraag van de vergunning zijn vergeten, gelet op de voorgaande vragen?
Antwoord van het college;
De ontwikkelaar is de partij die de ontgrondingsvergunning / melding dient te ver2orgen. De gemeente heeft daar geen rol in. Zoals gezegd heeft de ontwikkelaar extern advies ingewonnen over de noodzaak van een ontgrondingsvergunning. Het antvvoord daarop was dat een vergunning niet nodig was en dat een melding voldeed. Echter. heeft de ontwikkelaar verzuimd om deze melding te doen. Over de redenen van het niet indienen van deze melding kunnen wij dan ook geen uitspraken doen.
Voor project de Bavelse Berg is een investering overeengekomen door de gemeente over de infrastructuur. De wethouder heeft daar eerder over opgemerkt: “We gaan het geld pas daadwerkelijk uitgeven op het moment dat die ontwikkeling ook doorgaat en in 1 keer die aanpak ook gerealiseerd kan worden.”
- 4. Staat de wethouder nog steeds achter deze uitspraak?
Antwoord van het college;
Voor de duidelijkheid: de bijdrage van de gemeente heeft geen betrekking op de ontwikkeling van de evenementenzone. Het is een bijdrage die bedoeld is om de noodzakelijke infrastructurele maatregelen die de autonome groei op het kruispunt met zich meebrengt op te vangen. Ook zonder de komst van de evenementenzone zou de gemeente op termijn dus infrastructurele kosten maken. Nu worden deze in één keer meegenomen.
Ons uitgangspunt is en blijft dat deze bijdrage wordt betaald op het moment dat de openbare infrastructuur gereed is. Dat houdt in dat de ontwikkelaar de infrastructurele werken, inclusief de opvang van de autonome groei, voor financiert.
Bovenstaande vragen zijn, in iets andere bewoordingen eerder door D66 aan het college gesteld via de griffie. We hebben de toezegging gekregen dat de beantwoording zou worden meegenomen in de eerstkomende Raadsbrief. Dat is niet gelukt, in de Raadsbrief van 27 mei over dit onderwerp hebben we geen antwoord op onze vragen gekregen.
- 5. Wat is er mis gegaan met de beantwoording van de vragen die D66 op 26 mei via de griffie heeft gesteld?
Antwoord van het college;
Naar aanleiding van de via tussenkomst van de griffie op 26 mei jl. gestelde vragen is per ommegaande een raadsbrief opgesteld en aan de raad toegezonden. De raadsbrief geeft antwoord op de kort daarvoor op 21 mei gedane toezegging dat de raad wordt geïnformeerd over de achtergronden van de stagnatie in het project Bavelse Berg begin 2015. Daarbij is meegenomen de aanvullende vraag vanuit de griffie over de (bemiddelende) rol van de burgemeester in deze. Vervolgens is nog een aanvullende vraag via de griffie ingekomen over de relatie met de zienswijze van het Waterschap over het verleggen van de Molenley. De raadsbrief van 27 mei gaat in op de achtergronden van de stagnatie en geeft aan wie bemiddeld heeft. Abusievelijk is daarbij niet ingegaan op genoemde zienswijze van het waterschap.
De vragen 1 t/m 4 zijn in dezelfde bewoording gesteld aan het college door D66 tijdens de raadsvergadering van donderdag 4 juni. De wethouder Handhaving en Toezicht gaf aan dat hij op geen van deze vragen antwoord kon geven omdat ze te specifiek zouden zijn. De wethouder Economische zaken heeft de aan hem gestelde vraag nr 4 onbeantwoord gelaten..
Over project De Bavelse Berg wordt al vele jaren gesproken in de gemeenteraad van Breda. Het project heeft een lastige en zelfs delicate ontstaansgeschiedenis. Ook in de huidige vorm is er een aanzienlijk belang voor de gemeente Breda bij dit project en daarmee ook een risico. Het werk heeft 10 weken stil gelegen en de gemeenteraad is daar niet over geïnformeerd. Ondanks veelvuldige vragen van fractievoorzitter Cees van der Horst van BOB.
- 6. Vindt het college dat ze met betrekking tot De Bavelse Berg haar actieve informatieplicht aan de raad naar behoren heeft ingevuld? Kan ze dit toelichten?
Antwoord van het college;
Naar de mening van het college was er geen aanleiding om de raad pro-actiefte informeren. De gemeente Breda is in deze geen pariij en de planning rondom het project Bavelse Berg is op geen enkele wijze in gevaar gekomen.
In afwachting van uw antwoord.
Met vriendelijke groet,
Frank Toeset (D66)
Cees van der Horst (BOB)