Lager OZB-tarief voor sportaccommodaties en SBBI’s
Op 14 november nam de Tweede Kamer het amendement Omtzigt, Bruins, Stoffer, van Weyenberg (35026, nr. 52) aan.
Hierdoor kunnen gemeentes, na aanname van het belastingplan in de Eerste Kamer, ervoor kiezen om bij sportclubs, scoutingverenigingen, speeltuinverenigingen, dorps-en buurthuizen en andere ANBI en SBBI’s niet langer het hoge OZB – tarief voor niet woningen (lees: bedrijven) in rekening te brengen, maar het lage OZB-tarief voor woningen. Daarom stellen wij het College van Burgemeester en Wethouders van Breda de volgende vragen;
- Heeft u kennis genomen van de aangenomen motie en bent u op de hoogte van de mogelijkheden die het amendement Omtzigt cs (35026, nr. 52) biedt?
- Hoe staat u tegenover de mogelijkheid die geboden wordt om sportaccommodaties, wijkcentra, dorpshuizen, andere sociaal belang behartigende instellingen zoals de lokale muziekvereniging of de scouting, het veelal lagere tarief voor woningen te rekenen voor de onroerende zaakbelasting in plaats van het veelal hogere tarief voor niet-woningen.
- Welke financiële gevolgen en andere consequenties zou het aanpassen van het OZB-tarief aan Bredase SBBI’s hebben?